Op dinsdag 31 juli geeft de van origine Zeeuwse organist Adriaan Hoek een orgelconcert in de Nieuwe Kerk in Middelburg. Hij speelt dan op het Van Leeuwen-orgel een programma met muziek van Franck, Mendelssohn en Bach en besluit zijn recital met de imposante en aangrijpende Sonate über den 94-sten Psalm van de jong gestorven Duitse componist Julius Reubke.

Het concert begint om 20.00 uur. De toegangsprijs is € 8, 65+ en studenten € 6, kinderen tot 12 jaar gratis.

Adriaan Hoek studeerde hoofdvak orgel en kerkmuziek aan het Rotterdams Conservatorium. In 2016 behaalde hij zijn diploma Master of Music met de hoogst haalbare onderscheiding. Vanwege deze prestatie werd hem de Hartman Award beurs toegekend voor verdere ontplooiing als uitvoerend musicus.
Op dit moment studeert hij aan de Hochschule für Musik und Theater in Hamburg voor het diploma Konzertexamen bij Pieter van Dijk en Wolfgang Zerer. Daarnaast volgt hij interpretatielessen bij Kees van Eersel.
Adriaan won zes eerste prijzen op internationale orgelconcoursen: op het Orgelwettbewerb in Korschenbroich, het Buxtehude Orgelwettbewerb in Lübeck, het Schnitgerconcours in Alkmaar, het Bachwettbewerb in Wiesbaden, het internationaal orgelconcours in Breda en het concours voor de ECHO Grand Prix 2018 in Treviso (Italië). In 2016 was hij ‘’The Young ECHO Organist of 2016’’ en kreeg hij de mogelijkheid te concerteren in diverse Europese landen.
Sinds 2015 is Adriaan als cantor-organist verbonden aan het Ikazia Ziekenhuis te Rotterdam en is hij actief als dirigent en begeleider van diverse koren, ensembles en orkesten.

PROGRAMMA

César-Auguste Franck (1822-1890)
Troisième Choral en la mineur, FWV 40

Felix Mendelssohn-Bartholdy (1809-1847)
Variations sérieuses, opus 54 (arr. Reitze Smits)

Johann Sebastian Bach (1685-1750)
Herr Jesu Christ, dich zu uns wend, BWV 709
Trio super: Herr Jesu Christ, dich zu uns wend, BWV 655 

Julius Reubke (1834-1858)
Sonate über den 94-sten Psalm in c-Moll
I    Grave
1,2     Herr Gott, dess die Rache ist, erscheine. Erhebe Dich, du Richter der Welt; vergilt den Hoffärtigen, was sie verdienen.
II   Allegro con fuoco
3, 6-7   Herr, wie lange sollen die Gottlosen prahlen? Witwen und Fremdlinge erwürgen sie und tödten die Waisen und sagen: der Herr sieht es nicht und der Gott Jacobs achtet es nicht.
III   Adagio
17, 19   Wo der Herr mir nicht hülfe, so läge meine Seele schier in der Stille. Ich hatte viel Bekümmernisse in meinem Herzen, aber deine Tröstungen ergötzen meine Seele.
IV   Allegro – Più mosso – Allegro assai
22-23     Aber der Herr ist mein Hort und meine Zuversicht. Er wird ihnen ihr Unrecht vergelten und sie um ihre Bosheit vertilgen.

(Advertentie)