In de kleine serie avondconcerten die dit jaar in de Oostkerk te Middelburg is georganiseerd, wordt op woensdag 13 juli geconcerteerd door Léon Berben. Hij brengt op het De Rijckere-orgel werken ten gehore van o.a. Couperin, Purcell, Titelouze en Piroye.
Na afloop van het concert is de presentatie van de cd die Léon Berben opnam op het De Rijckere-orgel in Beek. Meer over deze cd (Fugue & Caprice) vindt u hier.
Het concert begint om 20.00 uur. De toegangsprijs is € 10, >18 € 5. Kaartverkoop aan de deur vanaf 19.30 uur.

Als klavecinist en organist kan Léon Berben worden beschouwd als meester in zijn vak. Zijn omvangrijke kennis van muziekgeschiedenis en historische uitvoeringspraktijken maakt hem tot één van de leidende figuren onder de musici die tot zijn generatie van specialisten in oude muziek worden gerekend. Zijn repertoire omvat met name klaviermuziek gecomponeerd tussen 1550 en 1790. Hij is coauteur van artikelen voor Die Musik in Geschichte und Gegenwart en schrijft ook geregeld voor diverse vaktijdschriften.
Zijn interpretaties worden gevoed door intensieve bronnenstudies en ander diepgravend onderzoek.
De solo cd-opnamen van Léon Berben werden door de internationale pers lovend ontvangen en met grote regelmaat bekroond, onder andere met de Diapason d’Or, Monde de la Musique’s “Choc” alsook de Duitse Vierteljahrespreis der Deutschen Schallplattenkritik.
Léon Berben studeerde orgel en klavecimbel aan de conservatoria van Amsterdam en Den Haag bij onder andere Rienk Jiskoot, als laatste leerling van Gustav Leonhardt, Ton Koopman en Tini Mathot en behaalde het diploma Uitvoerend Musicus voor zowel orgel als klavecimbel. Hij was vanaf het jaar 2000 klavecinist van het door Reinhard Goebel geleide Musica Antiqua Köln, waarmee hij concerteerde over de hele wereld en voor onder meer Deutsche Grammophon / Archiv Produktion opnam. Sinds de opheffing van het ensemble eind 2006 richt hij zich volledig op zijn solocarrière, die hem voert naar vele internationaal gerenommeerde muziekfestivals. Als titulair-organist is hij verbonden aan het historische orgel van de St. Andreaskerk in Ostönnen, waar een van de in oorsprong oudst bespeelbare orgels ter wereld staat (c. 1425/1721). Hij is in deze functie ook mede verantwoordelijk voor de concertserie. Als clavecinist is hij lid van Concerto Melante, een ensemble (op historische instrumenten) van de Berliner Philharmoniker.

PROGRAMMA

L. Couperin (c. 1626 – 1661)
– Prelude, il faut jouer cecy d’un mouvement fort lent,1654
– Fantaisie, 1651
– Fantaisie, Couperin a Paris le 12e Aoust 1651

F. Roberday (1624 – 1680)
– Fugue 6 & Caprice sur le mesme sujet, 1660

H. Purcell (1659 – 1695)
– Chacony

J. Blow (1649 – 1708)
– Double Voluntary
– Cornet Voluntary

J. Titelouze (1562/63 – 1633)
– A solis ortus cardine, vers 1, 2 & 3 (Hymnes de l’église, 1623)

H. Dumont (1610 – 1684)
– Allemande pour l’orgue ou le clavecin & pour 3 violes si l’on veut

Ch. Piroye (1665 – 1724)
– La Béatitude, Dialogue à deux choeurs, Simphonie